Beschrijving

Sculptuur - Brons - Bruingroene patina

Sig. - Ex. nr. 4/9

127 x 80 x 103 cm

Tentoonstelling

Cf. Jabbeke 1991; Veurne 1991-92; Antwerpen 1994; Brugge 1994

Literatuur

"George Grard. Monografie/Oeuvre-Catalogus" Stichting George Grard, Uitg. Stichting Kunstboek 1995, cf. nr. 103 ill.

Lot essay

Graag gezien door Grard

George Grard is de beeldhouwer niet van vrouwen, maar van de vrouwelijkheid. Hij hield van de volheid van vormen.

Willem Elias raakt aan de kern van de sculpturen van George Grard. Het oeuvre van de beeldhouwer wordt gekenmerkt door één constant thema: het vrouwelijk naakt. De dames die hij modelleert zijn al net zo standvastig als zijn onderwerp. Staand, zittend of liggend bepalen ze de ruimte waarin ze zich bevinden met hun uitstraling en volume.

In 1931 vestigde George Grard zich in Sint-Idesbald, waar hij kunstenaars zoals Pierre Caille en Paul Delvaux zou ontmoeten. Op deze plek aan de Belgische kust betrok hij een eenvoudig vissershuisje. In de nabijheid van de zee leefde hij in harmonie met de natuur. Veel van zijn sculpturen zullen subtiele verwijzingen naar de natuurelementen bevatten: een enkele bries, de reflectie van een zonnestraal, een bloem. Even harmonieus is de relatie tussen de kunstenaar en zijn modellen. Grard had steeds een intense band met hen, en de warme genegenheid die hij voor elk van hen koesterde wist hij op magistrale wijze te incorporeren in het koele brons.

Van al zijn gezeten figuren is de “Printemps” zowel het meest complexe, als het eenvoudigste beeld. Na een proces van intens bijwerken en perfectioneren, zal de “Printemps à la couronne” uit 1946 kleine verschillen vertonen met de “Printemps” van een jaar later. Grard sculptuurt een voluptueuze vrouw in ontspannen en toch robuuste houding. Zelfzeker zit ze precies daar waar ze moet zijn. Haar welvende rondingen, onthuld door een stuk stof dat achteloos van haar lichaam is gegleden, tonen haar vol in haar totaliteit: van haar dijen, heupen, borsten tot haar wangen en lippen. Haar lichaam is volumineus maar sensueel, haar glimlach is mysterieus. Grard weet de zachte huid in brons te gieten waarvan het oppervlak elke liefdevolle aanraking van de kunstenaar toont, geciseleerd en geschaafd tot de perfectie.

Ontdek ook

183_195_610

192. George Grard

Le printemps (buste) (1947)

188_129_355

193. Paul Delvaux

Compositie

177_18_45

Paul Delvaux

Une rue antique (ca. 1930)

188_155_420

332. Jos De Decker

Dansend paar

187_120_3330

184. Paul Delvaux

Le Laid - L'orage - Les derniers beaux jours

188_114_307

331. Paul Delvaux

Construction d'un temple en ruine à la déesse Vanadé: Frontispice (1971-1975)

171_179_469

Paul Delvaux

Naakt - Nu

177_18_46

Paul Delvaux

Vae Victis (ca. 1930)

177_18_42

Paul Delvaux

Christus bij Simon (ca. 1930)

142_82_357

Paul Delvaux

Twee vrouwen

187_6_17

488. Jos De Decker

Staand naakt (1995)

174_46_156

Jos De Decker

Zwangere vrouw - Femme enceinte

176_145_441

Paul Delvaux

Staand naakt

187_41_151

Paul Delvaux

Tête de femme (1952)

187_41_150

Paul Delvaux

Mère et enfant (1945)

188_12_19

326. Paul Delvaux

Le rendez-vous d'Éphèse II (1972)

186_170_575

Paul Delvaux

Illustratie voor "Le pays des miroirs" van Claude
Spaak (1948-1978)

187_178_546

Jos De Decker

Dansende kinderen (1976)

188_99_270

103. Paul Delvaux

La chapelle de Golfe-Juan (december 1919)

188_69_193

174. Paul Delvaux

Femme au miroir

177_18_44

Paul Delvaux

Vision antique: les archers (ca. 1930)

177_18_39

Paul Delvaux

Studieblad (ca. 1930)

170_20_39

George Grard

Le printemps (1947)

188_142_381

382. Paul Delvaux

Zittend naakt (1979)

01 / 24